Road of the Goat / Carretera de la Cabra vanuit Almuñécar is een beklimming in de regio Andalusië. Hij is 34.8 kilometer lang en overbrugt 1396 hoogtemeters met een gemiddeld stijgingspercentage van 4%. Daarmee scoort deze klim 844 klimpunten. De top van de beklimming ligt op 1339 meter hoogte. Gebruikers van climbfinder deelden 5 reviews over deze beklimming en hebben 20 foto's geüpload.
Straatnamen: A-4050, Carretera Al Suspiro del Moro & Carretera de la Cabra
Welkom! Activeer je account als je wilt reageren op onze website. Je hebt een verificatie e-mail in je inbox.
Als je foto's wilt uploaden, maak dan een account aan. Het duurt maar 1 minuut en het is helemaal gratis.
Dit is een prachtige klim. Het wordt nooit echt steil maar de uitzichten worden meer en meer spectaculair hoe verder je komt. Je passeert ook een paar dorpjes die je later nog onder u (zo lijkt het) ziet liggen. Het stuk na Otivar is vooral leuk omdat door de vele kronkels je constant de weg ziet die je reeds afgelegd hebt. Als je boven komt en je aan een lange afdaling verwacht kom je wel wat bedrogen uit. Je komt eigenlijk uit op een min of meer golvend plateau waar je in de verte dan nog de Sierra Nevada ziet liggen.
Beklom dit op 7 juli. Prachtig uitzicht en op een heldere dag een prachtig uitzicht op de Middellandse Zee. Weg in goede staat tot ongeveer 1000-1100m dan een beetje ruw maar nog steeds zeer goed.
Monté ce 7juillet. Magnifiques points de vue et par temps clair de superbes vues sur la Méditerranée. Route en bon état jusqu’à 1000-1100m environ puis un peu dégradé mais encore très bon malgré tout.
Ik ging erheen, maar via het stenen pad, na een vergissing natuurlijk. Maar ik heb de top toch gehaald
J’y suis monté mais par le chemin caillouteux suite à une erreur de parcours. Mais arrivé au sommet malgré tout
De eerste 3,5 kilometer naar Otívar is de weg glad, tamelijk breed, en er is wat begroeiing om voor wat schaduw te zorgen. Vanaf Otívar versmalt de weg over een paar kilometer tot ongeveer 5 m en is het asfalt wat ruwer maar in goede staat.
De klim begint pas echt bij het begin van het dorp Jete, gelegen in de vallei van de rivier. Vanaf daar is het een lange klim van 17 km naar het uitzichtpunt. Na Jete komen we bij de eerste steile helling die ons naar een splitsing in de richting van Itrabo brengt, die we rechts laten liggen, verder in de richting van Otívar over een stuk met een stijgingspercentage van ongeveer 7% met enkele kleine hellingen van 10%. Als we het dorp bereiken, zien we ons bijna onbereikbare doel, het uitzichtpunt, in de verte. Nadat we het dorp zijn gepasseerd en bij een kruispunt aan de rechterkant zijn aangekomen dat Lentegí aangeeft, zullen we genieten van een lange, zachte afdaling van bijna een kilometer, met een paar schaduwrijke plekjes die ons zullen helpen bij te komen om de resterende 11 kilometer aan te kunnen. Bij een brug links beginnen we aan de volgende 5 km, die iets zwaarder zijn dan de vorige en gemiddeld zo'n 6,5% bedragen. Hieronder, links, zien we Otívar en het eerste deel van de beklimming. Verderop en over enkele hoefijzervormige bochten heen, kunnen we het uitzichtpunt daarboven nog zien. Verderop vinden we de namen van de professionals op de grond geschreven. Dit zijn de namen van de renners van de Vuelta a Andalucia die door deze pas zijn gereden. Na enkele haarspeldbochten en verschillende keren van richting te zijn veranderd, passeren we enkele zendmasten voor mobiele telefonie. We hebben nog maar 2 km te gaan naar de top, en we doen dat langs de rotsachtige helling waar het uitkijkpunt zich bevindt, zodat we een groot deel van de klim van bovenaf kunnen gadeslaan. We passeren de enige fontein op de route en als we verderop rechtsaf slaan, zien we ons doel vlakbij. Eindelijk zijn we aan de top. Het uitzicht is prachtig en de stilte is compleet!
Pour les 3,5 premiers kilomètres jusqu'à Otívar, la route est impeccable, assez large, et il y a un peu de végétation pour fournir un peu d'ombre. À partir d'Otívar, la route se rétrécit à environ 5 m sur deux ou trois kilomètres et le macadam est un peu plus rugueux mais en bon état.
L’ascension commence vraiment au début du village de Jete, situé dans la vallée de la rivière. De là, une longue montée de 17 km mène au point de vue. Après avoir quitté Jete, nous rencontrons la première rampe raide qui nous amène à un carrefour vers Itrabo, que nous laissons sur la droite, en continuant vers Otívar sur un tronçon d'environ 7% de pente avec quelques petites rampes à 10%. En arrivant au village, nous apercevons au loin notre objectif presque inaccessible, le point de vue. Après avoir traversé le village et être arrivés à un carrefour sur la droite indiquant Lentegí, nous profiterons d'une longue et douce descente de presque un kilomètre, avec quelques points d’ombres qui nous aideront à récupérer pour affronter les 11 kilomètres qui restent à parcourir. En tournant à gauche à un pont, nous entamons les 5 km suivants, qui sont un peu plus difficiles que les derniers que nous avons parcourus et dont la moyenne est d'environ 6,5%. En bas, à gauche, on peut voir Otívar et la première partie de l'ascension. Plus loin et en surmontant quelques virages en fer à cheval, nous pouvons encore voir le point de vue là-haut. Plus loin, nous trouvons les noms des professionnels écrits sur le sol. Ce sont les noms des coureurs de la Vuelta a Andalucia qui sont passés par ce col. Après avoir franchi plusieurs virages en épingle à cheveux et changé plusieurs fois de direction, nous passons devant des antennes de téléphonie mobile. Il ne nous reste que 2 km à parcourir pour atteindre le sommet, et nous le faisons le long de la pente rocheuse où se trouve le point de vue, observant d'en haut une grande partie de l'ascension. Nous passons devant la seule fontaine de l'itinéraire et, en tournant à droite plus loin, nous pouvons voir notre objectif tout proche. Enfin, nous sommes au sommet. La vue est magnifique et le silence est total!
7 km/u | 04:57:59 |
11 km/u | 03:09:37 |
15 km/u | 02:19:03 |
19 km/u | 01:49:47 |